Agressieve kanker Kwaadaardige bijniertumoren
Onderzoek: nieuwe bevindingen over kwaadaardige adrenale tumoren
2014/04/21
Kankers in de bijnieren zijn relatief zeldzaam in Duitsland, maar zijn vaak ongunstig. Europese onderzoekers hebben nu nieuwe inzichten in de kwaadaardige adrenale tumoren kunnen krijgen, wat een stap in de richting van verbeterde behandelingsopties zou kunnen zijn..
Zeldzame kankerziekte met ongunstig beloop
Met een sterke deelname van Würzburg is een Europese onderzoeksgroep er nu in geslaagd nieuwe genen en signaleringsroutes te vinden die geassocieerd zijn met adrenale tumoren. De meeste bijnieraandoeningen zijn goedaardige tumoren. Hoewel bijnierkanker relatief zeldzaam is, vormt het een grote bedreiging voor de getroffenen, in Duitsland zijn er ongeveer een of twee gevallen per miljoen inwoners, maar deze zijn vaak ongunstig , Zo is meer dan de helft van alle patiënten met een kwaadaardige bijniertumor na vijf jaar niet meer in leven. Aan de ene kant wordt de ziekte vaak laat herkend en aan de andere kant is het moeilijk om in een vergevorderd stadium te behandelen.
Inzichten kunnen een stap zijn naar betere behandelingsopties
Dit zou echter in de toekomst kunnen veranderen dankzij nieuwe bevindingen van de Europese onderzoeksgroep ENSAT (Europees netwerk voor de studie van bijniertumoren). Zoals professor Martin Fassnacht van de Universiteit van Würzburg meldde, zouden deze een stap kunnen zijn in de richting van verbeterde behandelingsopties. Samen met de Fransen Jérôme Bertherat, Guillaume Assié en Eric Letouzé is professor Fassnacht een van de hoofdauteurs van het werk getiteld „Geïntegreerde genomische karakterisatie van adrenocorticaal carcinoom“, onlangs in het wetenschappelijke tijdschrift „Natuurgenetica“ is verschenen.
Genetische veranderingen van de zeer agressieve vorm van kanker
Professor Fassnacht en zijn collega's slaagden erin de genetische veranderingen in de zeer agressieve vorm van kanker te ontcijferen. Hiervoor evalueerden de wetenschappers een verscheidenheid aan klinische gegevens en tumormonsters, waarvan vele afkomstig waren van de universiteit van Würzburg, en ze combineerden met moleculair biologische gegevens. „Door het werk van de verschillende experts op elk gebied konden we het genoom van dichtbij bestuderen“, zei Fassnacht in een bericht van de Julius Maximillians Universiteit van Würzburg.
Op dit moment kan geen nieuwe therapeutische benadering worden afgeleid
Volgens deze werden nieuwe toegevoegd aan de reeds bekende drijvende krachten achter pathologische genetische veranderingen. „De verandering in het ZNRF3-gen werd bijvoorbeeld bij een vijfde van de patiënten gevonden“, dus de expert. Ondanks deze ontdekking blijft hij kritisch en kijkt hij al naar toekomstig werk. „Het precieze functioneren van veel van deze 'nieuwe genen' is nog niet duidelijk. Daarom, van onze resultaten, helaas, nog niet direct afgeleid van een nieuwe therapeutische aanpak“, dus de dokter. De wetenschappers hopen echter dat dit in de toekomst mogelijk zal zijn. Dat is de reden waarom het onderzoek in het Europese netwerk wordt voortgezet.
Vooruitgang dankzij het Europese netwerk
Volgens de Universiteit van Würzburg is de voortgang van onderzoek naar bijnierziekte onlosmakelijk verbonden met de oprichting van het ENSAT-netwerk. In 2002 kwam het initiatief van onder meer de Würzburg-professor Bruno Allolio. Op dit moment beheren Allolio en professor Fassnacht gezamenlijk de afdelingen endocrinologie en diabetologie in het Academisch Ziekenhuis tot Bruno Allolio stopt aan het einde van het wintersemester 2014/15.
Mogelijk bewijs van bijnierziekte
Indicaties voor een mogelijke bijnieraandoening kunnen veranderingen in de zogenaamde vegetatieve functies van het lichaam zijn, zoals hartkloppingen, overmatig zweten of hoge bloeddruk. Andere symptomen zijn metabole veranderingen zoals gewichtstoename of diabetes mellitus. Bovendien kunnen veranderingen in de bloedspiegels, met name de zoutconcentraties in het bloed, wijzen op een bijnierziekte. Zelfs het uiterlijk kan veranderen. Het kan dus onder andere komen voor meer bodyhaar, een diepere stem of het zogenaamde volle-maangezicht. (Sb)
Afbeelding: Rainer Sturm