Binnenkort geen medische dierproeven?

Binnenkort geen medische dierproeven? / Gezondheid nieuws
Volledige stopzetting van dierproeven een verre doel
Dierproeven zijn relatief vaak voor vandaag in medisch onderzoek, maar gezien van het lijden van de betrokken dieren, de bevolking steeds meer reserveringen tegen dergelijke pogingen. De Federal Institute for Risk Assessment (BfR) beveelt in een recente aankondiging om dringend nader onderzoek te nemen over de bescherming van dieren en rekening te houden met de relevante EU-richtlijn en de gewijzigde Duitse wet op de dierenbescherming en de Animal Welfare Laboratory Animal Verordening nemen.

Hoewel de EU-richtlijn is bedoeld om dieren in een volledig afwijkt van de dierproeven te beschermen, maar de lidstaten mogen zelf beslissen of bij de uitvoering en het is niet in twijfel getrokken dat dierproeven in het fundamenteel onderzoek, alsmede voor het milieu en de gezondheid van de mens te beschermen en Dieren zijn nog steeds noodzakelijk. De 3R-strategie (vervangen, verminderen, verfijnen) van de EU-richtlijn moet echter leiden tot aanzienlijke verbeteringen in de bescherming van proefdieren. Hier intensivering van de onderzoeksinspanningen naar het oordeel van BfR maar onmisbaar, aan de ene kant om het lijden van de dieren objectief te begrijpen en aan de andere kant, om alternatieven voor dierproeven te ontwikkelen.

Het afschaffen van dierproeven en een betere bescherming van proefdieren is dringend vereist, maar hiervoor zijn aanzienlijk meer onderzoeksinspanningen vereist. (Afbeelding: Sven Hoppe / fotolia.com)

Objectief meten van de pijn en het lijden van de dieren
Volgens het 3R-principe van de EU-richtlijn zullen dierproeven in de toekomst worden vervangen of aanzienlijk worden verminderd. Op plaatsen waar ze tot nu toe onvervangbaar zijn gebleven, wordt een aanzienlijke verbetering op het gebied van dierenwelzijn voorzien. Dit omvat een vermindering van het aantal benodigde dieren, maar ook een vermindering van het lijden van de dieren in de experimenten. Echter, volgens BfR President Professor Dr. med. Dr. Andreas Hensel "geen wetenschappelijke duidelijkheid over hoe veranderingen in de fysiologische toestand van dieren objectief kunnen worden gemeten en hoe deze veranderingen kunnen worden gerelateerd aan de mate van pijn, lijden of schade die daardoor wordt veroorzaakt." Een eerste wetenschappelijke bijdrage aan de beoordeling van lasten In het geval van genetisch gemodificeerde vissen hebben BfR-onderzoekers nu samen met andere experts gepubliceerd in het tijdschrift "The EMBO Journal".

Vrijheid bij het implementeren van de EU-richtlijn
In plaats van een strikt bindende verordening heeft de Europese Unie een richtsnoer uitgegeven voor de bescherming van proefdieren, wat enige vrijheid bij de uitvoering mogelijk maakt. Naar het oordeel van het BfR krijgen de lidstaten de nodige flexibiliteit om de doelstellingen van de richtlijn om te zetten in nationaal recht. In Duitsland zijn in 2013 de gewijzigde dierenwelzijnswet en de dierenbeschermingsproef voor dieren van kracht geworden. De regels die in de loop van de implementatie door de Duitse wetgever zijn aangenomen, moeten nu echter in de praktijk worden gebracht en in juridische termen worden geïnterpreteerd, benadrukt het BfR in zijn huidige mededeling. Het is waar dat de onbepaalde juridische concepten noodzakelijk zijn om te allen tijde rekening te kunnen houden met nieuwe wetenschappelijke inzichten. Maar deze bevindingen zouden nu moeten worden geleverd.

Nauwe samenwerking van verschillende disciplines vereist
Volgens de BfR "deskundigen uit de natuurwetenschappen, diergeneeskunde en de wet, gesteund door de bevoegde autoriteiten werken nauwer samen om de normen te creëren voor de implementatie van de nieuwe wetgeving en in praktijk te brengen." Moet altijd belangrijk zal de nauwe samenwerking tussen de verschillende disciplines om de nieuwe wetgeving vast te stellen en, bijgevolg, een gemeenschappelijke zorgcultuur bij de omgang met proefdieren in de praktijk. Daarnaast zijn verdere onderzoeksinspanningen nodig om alternatieven voor dierproeven en proefdieronderzoek te bevorderen. De BfR heeft ook overeenkomstige voorstellen gepubliceerd in het tijdschrift "The EMBO Journal" evenals in het vakblad "EMBO Reports".

De mogelijke interactie tussen de verschillende disciplines wordt door het BfR als volgt beschreven: Jurisprudentie kan de definities voorstellen van de overeenkomstige voorwaarden voor degenen die de wettelijke vereisten toepassen. Wetenschappers en artsen kunnen bijdragen aan de objectieve meting van dierenwelzijn door middel van hun expertise, en vergunningverleners en regelgevende instanties kunnen worden verplicht om de aanbevelingen van de wetenschap op te nemen in hun handhavingstaken, indien van toepassing. "Om het dierenwelzijn te versterken, moeten alle betrokken disciplines samenwerken om een ​​oplossing te vinden", besluit het BfR. (Fp)