Aanvullende bijdrage ziektekostenverzekering geen grote verandering

Aanvullende bijdrage ziektekostenverzekering geen grote verandering / Gezondheid nieuws

Aanvullende bijdrage ziektekostenverzekering nog steeds geen reden om te veranderen. Belangrijker zijn service en gezondheidsdiensten

08/02/2011

Tot dusver hebben economen altijd aangenomen dat de invoering van aanvullende bijdragen een belangrijke reden is voor een wijziging in de ziekteverzekering. Het marktonderzoeksinstituut „MSR Consulting“ publiceerde de onderzoeksresultaten van de „Kubus GKV“. Zo zouden verzekerden hun ziektekostenverzekering veranderen, niet vanwege hogere kosten, maar vanwege slechte gezondheidszorg en gebrek aan service. De aanvullende bijdragen van individuele zorgverzekeraars vormen voor de meerderheid eerder een secundaire reden voor verandering, maar dit kan ook te wijten zijn aan het feit dat op dit moment slechts een minderheid van de ziektekostenverzekeringen een extra vergoeding vereist..

Aanvullende bijdrage van zorgverzekering speelt slechts een ondergeschikte rol
Op dit moment rekenen 13 van de 163 zorgverzekeraars een aanvullende bijdrage. Meer dan een half miljoen mensen hebben hun wettelijke ziekteverzekering vorig jaar gewijzigd. Tot nu toe vindt de verandering altijd plaats vooral vanwege de verzamelde aanvullende bijdragen van individuele fondsen. Maar alleen dat aspect weerlegt de MSR-studie. Integendeel, respondenten van de representatieve studie gaven aan dat lokale diensten en service de belangrijkste zijn. Dit omvat bijvoorbeeld hoe competent de verzekerde werd behandeld in een regionaal kantoor en hoe genereus de ziekteverzekeringsmaatschappij individuele gezondheidsdiensten vergoedde. De duur van de verwerking van applicaties speelde ook een belangrijke rol in de enquête.

In totaal namen 4.000 ziekteverzekerden van een wettelijk ziekenfonds deel aan het onderzoek. Volgens de studie is de veranderbereidheid relatief laag met een maximum van minus zeven procent in vergelijking met het gemiddelde. De vraag of de respectieve zorgverzekeraar een aanvullende bijdrage nodig heeft of niet, speelde slechts als een substituut een ondergeschikte rol. De extra geldbijdragen spelen daarom alleen een doorslaggevende rol wanneer diensten niet langer aan de verwachtingen van de klant voldoen. In dit geval neemt de veranderbereidheid met meer dan 30 procent toe. Als het fonds geen extra bijdrage vraagt ​​en de service slecht is, zou 20 procent van de respondenten voor een verandering kiezen.

Verzekerde personen letten op klantgerichte diensten
Zelfs zonder aanvullende bijdrage moeten de zorgverzekeraars aandacht besteden aan hun aanbiedingen en hun service. Michael Kullmann van MSR Consulting kijkt vorig jaar kritisch naar de overgang tussen ziekenfondsen. Alleen als de zorgverzekeraar aandacht besteed aan hun diensten kunnen de nieuwe leden worden gehouden. Het onderzoek maakte duidelijk dat verzekerden aandacht besteden aan diensten en klantgerichte service. Gezondheidsvoordelen en zorg zijn daarom belangrijker voor de verzekerde dan kosteneffectieve contante bijdragen.

Kostenbesparend en laag energieverbruik
Slechts een op de vier respondenten verklaarde dat een gunstige ziekteverzekering in de toekomst succesvol zal zijn. Een meerderheid (60 procent) verklaarde dat ze op de lange termijn meer vertrouwen op diensten en een goede dienstverlening door de vestigingen. Bovendien verklaarde een meerderheid dat naar hun mening het aantal fondsen zou verminderen door fusies. Of de enquêteresultaten nog steeds hetzelfde zijn, als een groot aantal zorgverzekeraars hoge extra bijdragen oplegt, valt nog te bezien. Momenteel zijn slechts enkele verzekerden getroffen. (Sb)

Lees over aanvullende bijdragen van de ziekteverzekeringen:
Ziektekostenverzekeringen Fusies verhogen de kosten
Extra bijdrage geen speciale ontbering in Hartz IV
Hartz IV: 13 zorgverzekeraars brengen extra contributie in rekening
Aanvullende bijdragen ziektekostenverzekering: verandering is de moeite waard
Ziekteverzekeringsmaatschappijen bekritiseren de hervorming van de gezondheidszorg

Foto: Alfred J. Hahnenkamp