Bruin vet Ondanks hogere voedselinname geen overgewicht
Er zijn mensen die alles lijken te kunnen eten en toch niet aan obesitas lijden. Anderen moeten op hun beurt alleen maar eten kijken en eten. Waarom dit zo is, geneeskunde en wetenschap zijn al geruime tijd bezig. Onderzoekers van de Technische Universität München (TUM) hebben in de context van een onderzoek een van de vele mogelijke verklaringen gevonden. Sommige mensen hebben een significant hoger percentage bruin vet. Dit "bruine vet" is metabolisch actief en voorkomt zo overtollige kilo's.
Wit vet is het grootste deel van het lichaamsvet en is onder andere verantwoordelijk voor het opslaan van overtollige voedingsenergie. Energie wordt daarentegen omgezet in bruin vetweefsel in de vorm van warmte-energie. Het zit voornamelijk in de nek, op het sternum en op de wervelkolom. Bij baby's zorgt het bruine vet voor het behoud van de lichaamstemperatuur, omdat het lichaamsoppervlak groot is en de spiermassa nog steeds laag is. Tot nu toe werd aangenomen dat het teruggaat in de jeugd en op volwassen leeftijd nauwelijks bestaat.
Het is oneerlijk: sommige mensen kunnen eten wat ze willen - en toch komen ze niet aan. Afbeelding: Dmytro Flisak-fotoliaOm het bruine vet in meer detail te onderzoeken, hadden de München-wetenschappers bijna 3000 PET-scans van 1644 patiënten geëvalueerd. PET staat voor positron emissie tomografie en wordt gebruikt in de geneeskunde van kanker. Met deze methode kunnen metabole processen in het lichaam zichtbaar worden gemaakt. Bruin vetweefsel absorbeert veel suiker en deze activiteit wordt weerspiegeld in de scans. Uit de evaluatie van de gegevens is gebleken dat de massa bruin vet drie keer groter is dan aangenomen. Dit resultaat is ook van belang voor het ontdekken van geneesmiddelen, omdat sommige geneesmiddelen tegen obesitas en diabetes bruin vetweefsel activeren. Volgens de auteurs in het "Journal of Nuclear Medicine" kunnen deze voorbereidingen een sterker effect hebben..
Een ander resultaat was dat het aandeel bruin vet in elk mens niet hetzelfde lijkt. Eerdere studies hadden al aangetoond dat bruin vetweefsel een hogere activiteit bij vrouwen heeft dan bij mannen. Jongere mensen waren ook actiever in bruin vet en hoger in verhouding. Bij ongeveer vijf procent van de proefpersonen kwam actief bruin vet veel vaker voor dan bij de algemene bevolking, wat leidde tot hogere energie-uitgaven en dus een lager risico op overgewicht. Dit interessante onderzoeksgebied zal de wetenschap blijven bezetten. Toch zijn de achtergronden niet duidelijk. Er wordt aangenomen dat bepaalde signaalfactoren gelijktijdig werken op de nier en het bruine vet.
Heike Kreutz, bzfe