Op het spoor van astma risicogenen
Astma: op het spoor van risicogenen. Omgevingsfactoren spelen een belangrijke rol bij de ontwikkeling van ashma.
(25.09.2010) In een uitgebreid astmastudie bestudeerde een internationaal team van onderzoekers de genen van ongeveer 26.000 mensen, met als gevolg dat omgevingsfactoren waarschijnlijk een grotere rol spelen in de ontwikkeling van astma dan verschillende varianten in het genoom. Ook werpt de studie twijfel op over de stelling dat het ontstaan van bronchiale astma wordt begunstigd door allergische reacties.
In hun onderzoek onderzochten de onderzoekers 10.000 kinderen en volwassenen met astma en 16.000 gezonde mensen. Ze konden zes genetische risicovarianten identificeren die een rol spelen bij de ontwikkeling van astma. Maar hun invloed is niet zo sterk als eerder werd gedacht. Omdat slechts ongeveer 38 procent van het astma in de kindertijd kan worden verklaard met een van deze genetische varianten, benadrukt Erika von Mutius van de Ludwig-Maximilians-Universität München, die ook betrokken is bij de studies. Dat is wat de im nu is „New England Journal of Medicine“ gepubliceerd onderzoek opnieuw gericht op het belang van omgevingsfactoren bij het ontstaan van astma.
Bovendien hebben de onderzoekers ontdekt dat astma en allergieën, in tegenstelling tot eerder gedacht, waarschijnlijk onderhevig zijn aan verschillende ontwikkelingsmechanismen. Genetische varianten die de productie van IgE-antilichamen beïnvloeden, werden verwacht. De huidige resultaten wijzen echter in een andere richting. De zes ontdekte genvarianten (SNP) zijn voornamelijk betrokken bij de ontstekingsreactie en beïnvloeden bijvoorbeeld significant de vorming of werking van interleukinen. Dit suggereert dat allergieën niet de oorzaak zijn, maar het resultaat van astma, aldus de onderzoekers. Miriam Moffatt van Imperial College London, een van de hoofdauteurs van het onderzoek, vermoedt ook dat de ontstekingsreactie op astma de basis legt voor latere allergische overgevoeligheid. Bovendien speculeren de onderzoekers dat pediatrisch astma en de vorm van volwassen astma twee fundamenteel verschillende ziekten zouden kunnen zijn, omdat beide geassocieerd waren met verschillende genvarianten in het onderzoek..
Ongeveer honderd miljoen mensen over de hele wereld lijden aan bronchiale astma, waarbij het aantal patiënten de afgelopen twee decennia sterk is gestegen. In Duitsland heeft volgens het Helmholtz-centrum ongeveer vijf tot tien procent van de bevolking last van astma. Hoewel niet alle astma kan worden verklaard door de risico-genvarianten, vormen de huidige onderzoeksresultaten een goed startpunt voor de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen en therapieën.In de toekomst zou onderzoek meer op genetica moeten zijn gericht. (Fp)
Lees ook:
Maagzuur kan astma veroorzaken
Ontdekking van fast food en astma