Nieuwe ondervoeding studie vertraagt de ontwikkeling van het kind

Impact op leervermogen en sociaal gedrag
Als kinderen tijdens hun eerste vijf levensjaren lijden aan honger of slechte voeding, zal het leren voor hen moeilijker worden als ze naar school gaan. Ook sociale ontwikkeling is vaak vertraagd, suggereren de resultaten van een gezamenlijk onderzoek door de universiteiten van Georgetown en Virginia in de Verenigde Staten.
Bijna een op de vijf huishoudens in de VS wordt getroffen door zogenaamde voedselonzekerheid, leggen de Amerikaanse wetenschappers uit. Dit betekent dat de kinderen niet genoeg te eten hebben of dat ze geen kwaliteitsvoeding hebben voor een gezond dieet en een actieve levensstijl.

Voor de studie hadden de wetenschappers in de eerste vijf jaar van hun leven kinderen begeleid van 3.700 huishoudens met een laag inkomen. Op de leeftijd van 9 maanden, 2, 4 en 5 jaar evalueerden zij de voedingssituatie van de jonge vrijwilligers op basis van ouderquêtes. Als er een "voedselonzekerheid" was, werd de tijd bepaald en de omvang geschat. Met de intrede in de kleuterklas maakten de wetenschappers tests voor de mentale en sociaal-emotionele vermogens van de nu 5 tot 6-jarigen. Ze kregen bijvoorbeeld eenvoudige reken- en leestaken en hun sociale gedrag, hun vermogen om zich te concentreren en te leren werden onderzocht.
De conclusie: wanneer kinderen ondervoed zijn, is hun mentale en sociaal-emotionele ontwikkeling vertraagd. De timing speelt een grote rol, schrijven de auteurs in het tijdschrift "Child Development". In de kindertijd en vroege kinderjaren was ondervoeding beduidend schadelijker dan in de voorschoolse leeftijd. Toen kinderen meerdere fasen van voedselonzekerheid meemaakten, werden de negatieve effecten van het betreden van de kleuterschool nog duidelijker.
De hersengroei wordt waarschijnlijk beïnvloed door het gebrek aan voedingsstoffen. Vaak hebben kinderen die getroffen zijn ook een verhoogde prikkelbaarheid en vermoeidheid, wat de prestaties verlaagt. Bovendien kunnen de financiële problemen de ouder-kindrelatie verstoren. Dat zou op zijn beurt gevolgen hebben voor sociaal-emotionele ontwikkeling. Het kan echter niet worden uitgesloten dat andere factoren de mentale en sociale vaardigheden van kinderen hebben beïnvloed. Dit zou verdere studies moeten verduidelijken. Toch zijn de resultaten verontrustend. De auteurs zetten zich in om geschikte programma's te bieden om de voeding van kinderen in sociaal achtergestelde gezinnen te verbeteren. Heike Kreutz, bzfe