Osteoporose fractuurrisico van bisfosfonaten?
Osteoporose: Is een fractuurrisico als gevolg van een langer voorschrijven van zogenaamde bisfosfonaten?
De Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) waarschuwt voor mogelijke risico's van atypische femurfracturen bij de behandeling van langdurige bisfosfonaten bij osteoporose. Om deze reden moeten waarschuwingen worden opgenomen in de informatie over het onderwerp, dus de vereiste van de toezichthoudende autoriteit.
Bisfosfonaten behoren tot een groep geneesmiddelen die voor diagnostische en therapeutische doeleinden worden gebruikt bij bot- en calciummetabolismeziekten. Minder dan een procent van atypische femurfracturen in heup- en femurfracturen, dus de FDA. Overwegend zijn atypische femurfracturen waargenomen bij patiënten met osteoporose. Het is echter nog steeds onduidelijk of een langdurige toediening van de medicijnen eigenlijk verantwoordelijk is voor het type fracturen. De drugsexperts onderzoeken nu de veiligheid en werkzaamheid van bisfosfonaten bij langdurige osteoporose therapieën. Ook moet nauwkeuriger worden bepaald hoe vaak de fracturen bij de patiënten optraden.
Recente studies over langdurig gebruik bij osteoporose hebben geleid tot een suggestie in de WHO „Farmaceutische nieuwsbrief in de categorie „Veiligheid van medicijnen“ op de publicatie door de Geneesmiddelen en Gezondheidszorgproducten Regulatory Agency van mogelijke atypische fracturen van de femurschacht (corpus ossis femoris).
De FDA merkte op dat de waarschuwingen in de productinformatie alleen verwijzen naar bisfosfonaten die zijn goedgekeurd voor de behandeling en preventie van osteoporose. Patiënten moeten ook worden geïnformeerd over de mogelijke risico's van het ontwikkelen van fracturen.
Tot op heden heeft de FDA geen informatie kunnen geven over de optimale duur van de behandeling. Het bureau vermoedt echter dat de atypische botbreuken pas na een behandelingsperiode van ongeveer vijf jaar kunnen optreden. Dat zou ook de evaluatie moeten vinden. (sb, 15.10.2010)