Detectie van een latere dominantie ter hoogte van de vinger

Detectie van een latere dominantie ter hoogte van de vinger / Gezondheid nieuws

Op de vingerdikte herkent de dominantie zelfs vóór de puberteit

15.02.2012

De lengte van de vinger van de jongen geeft informatie over latere mannelijke trekken vóór de adolescentie. Dit ontdekten wetenschappers van de universiteit van Wenen in een studie. Bepaalde kenmerken van mannelijkheid zijn dus al vastgesteld in de vroege levenscyclus.

Masculiniteit is al duidelijk in de kindertijd
Een team van gedragsbiologen van de Universiteit van Wenen onderzocht de gelaatstrekken van vier- tot elfjarige jongens uit Opper-Oostenrijk. De onderzoekers concludeerden dat bepaalde gelaatstrekken van mannelijkheid en dominantie vroeg in de levenscyclus worden bepaald. Katrin Schäfer, hoofd van de studie, zegt dat mannelijke gelaatstrekken de sleutel kunnen zijn om jongens anders te behandelen dan kinderen met zachte, sierlijke kenmerken. De antropoloog legt verder uit dat een verband tussen de lengte van de vinger en mannelijke gelaatstrekken tot nu toe alleen bij volwassen mannen is geproduceerd. „Nu weten we dat deze relatie al vóór de puberteit bestaat.“

De beeldverhouding van wijsvinger en ringvinger is cruciaal
De zogenaamde „2D: 4D verhouding“, De lengteverhouding van wijsvinger en ringvinger is lange tijd gebruikt als een parameter om uit te vinden aan welke hormonen een kind werd blootgesteld in de baarmoeder. Is de ringvinger relatief langer, dus op een dieptepunt „2D: 4D waarde“, dit is een teken van een hoger testosteronniveau.

De Weense onderzoekers konden nu op deze basis bewijzen dat de relatie tussen mannelijkheid en dominantie die gelaatstrekken aangeeft en laag is „2D: 4D waarden“ niet alleen voor volwassenen, maar al voor kleine jongens. De wetenschappers wijzen erop dat de sociale gevolgen nog moeten worden onderzocht. De studie werd gepubliceerd in het tijdschrift „Proceedings of the Royal Society B“ gepubliceerd.

Studie bevestigt genderstereotypen
Psychologen van de Universiteit van Konstanz slaagden er vorig jaar zelfs in om een ​​verband te leggen tussen beroepsinteresse en prenataal hormoonspel. Daarom duidt een hoog testosteronniveau op een interesse in technische objecten en problemen. Omgekeerd wijst een laag testosteronniveau op een verhoogde interesse in sociale beroepen. Volgens onderzoekers onderstrepen de onderzoeksresultaten de genderstereotypen van technisch georiënteerde mannen en sociaal geëngageerde vrouwen.

Omdat het prenatale hormoonniveau niet direct kan worden gemeten, was het onderzoek ook voor deze studie „2D: 4D verhouding“, de gebruikte beeldverhouding van wijsvinger en ringvinger. (Ag)

Afbeelding: JMG