EU-brede vergoeding voor slachtoffers van opzettelijk geweld
Slachtoffers van geweld moeten in de hele EU een passende vergoeding ontvangen. De lidstaten mogen deze vergoeding niet beperken tot bepaalde misdrijven, het Europese Hof van Justitie (EHJ) heeft op dinsdag 11 oktober 2016 in Luxemburg uitspraak gedaan (Ref .: C-601/14). Daarna heeft Italië de EU-vereisten onvoldoende geïmplementeerd.
Volgens een EU-richtlijn van 2004 moeten slachtoffers van opzettelijke gewelddadigheden recht hebben op 'eerlijke en billijke vergoeding', ongeacht de plaats van het misdrijf en de herkomst van het slachtoffer. Dit moet de bewegingsvrijheid binnen de EU versterken en beschermen.
In Italië zijn er verschillende speciale wetten die een schadevergoeding aan het slachtoffer beloven. Deze wetten hebben echter elk betrekking op bepaalde vormen van opzettelijk geweld, met name terrorisme en georganiseerde misdaad. Andere ernstige vergrijpen, evenals verkrachting en andere ernstige aanranding, ontbreken.
In haar klacht beschuldigt de Europese Commissie Italië ervan zijn verplichtingen krachtens de EU-wetgeving niet na te komen.
Nu het Hof wees de vordering toe. "De richtlijn verplicht de lidstaten om vast te stellen voor het vrije verkeer binnen de nationale voorschriften van de Unie te beschermen op een eerlijk en adequaat minimumniveau van compensatie voor de slachtoffers van alle opzettelijk begaan van huiselijk geweld in deze gevallen te verzekeren," verklaarde de Luxemburgse rechters. Burgers uit andere EU-landen mag niet in het nadeel.
Het is waar dat de lidstaten waarschijnlijk het concept van 'opzettelijk geweld' zelf zullen specificeren. "Ze kunnen echter de reikwijdte van het Compensatieplan voor slachtoffers niet beperken tot specifieke opzettelijke gewelddaden."
De Luxemburgse rechters laten dus open of de vergoeding voor slachtoffers ook psychologisch geweld moet omvatten.
De Compensation Act van slachtoffers in Duitsland vereist een "opzettelijke, onwettige aanval". Volgens eerdere jurisprudentie van het federale sociale gerechtshof (BSG) in Kassel kan dit ook opzettelijke aanvallen van kinderen zijn; op strafrechtelijke verantwoordelijkheid van de daders is niet belangrijk (arrest van 8 november 2007, Ref.: B 9 / 9a VG 3/06 R).
De BSG heeft het concept van "aanranding" ook zo veel mogelijk overgenomen. Aldus kunnen in ieder geval familieleden schadevergoeding krijgen als zij alleen getuige zijn van gewelddaden en daardoor een mentale schok krijgen (arrest van 7 november 2001, ref.: B 9 VG 2/01 R). Slachtoffers van kindermisbruik hoeven de gang van zaken niet te verklaren en dus ook het gebruik van fysiek geweld in engere zin (arrest en JurAgentur-rapport van 18 november 2015, ref.: B 9 V 1/14 R).
In één geval, zware stalking de SPA, echter, (B 2/10 R oordeel en JurAgentur aankondiging van 7 april 2011, Az. 9 VG) heeft geconcludeerd dat de formulering van de wet in zuivere psychisch geweld uitsluit schadevergoeding. Hetzelfde geldt voor het zuivere bedreiging met een vuurwapen (oordeel en JurAgentur aankondiging van 16 december 2014 Ref. B 9 V 01/13 R).
Naast sociale redenen is compensatie voor slachtoffers van geweld gerechtvaardigd, vooral door het monopolie van de staat op het gebruik van geweld. Daarna zijn bezit en gebruik van wapens beperkt. Burgers mogen alleen geweld gebruiken in zelfverdediging. In ruil daarvoor belooft de staat zijn burgers te beschermen tegen geweld. En hij betaalt een vergoeding als hij die belofte niet kon nakomen. mwo / fle